Eerste deadline energie-efficiëntie rapportage voor datacenters is 15 juli 2024

Eigenaren en exploitanten van datacenters zijn verplicht jaarlijks de energie-efficiëntie van het datacentrum te rapporteren. Dat staat te lezen op de website van de RVO. Daar staat ook dat per 17 juni het registeren van die data en het object mogelijk is, plus dat de deadline 15 juli is.

Tot nu toe is opvallend weinig ruchtbaarheid aan deze nieuwe verplichting gegeven. De reden waarom de RVO deze taak vervuld wordt kort uitgelegd op de website. Het heeft alles te maken met de EED (Europese Energie-Efficiëntie Richtlijn).

Wie voor het eerst die website leest en nog niets van de EED heeft meegekregen zal van de ene in de andere verbazing vallen. Datacenters moeten zich registreren, de locaties van de panden wordt genoteerd en de verstrekte data wordt via de RVO openbaar gemaakt.

Weigeren daar aan mee te werken? De EED spreekt over een rapportage- en publicatieplicht, niet meewerken betekent dus aansturen op dwang en sancties.

In de Nederlandse tekst is sprake van datacenters met een ”geïnstalleerd IT-vermogen van ten minste 500 kilowatt”. Wie daaronder zit hoeft (vooralsnog) niets te rapporteren of zich kenbaar te maken. Maar wat is eigenlijk een datacenter? Is dat een van die megagebouwen in de kop van Noord-Holland? Is dat een gebouw waar ruimte en aansluitingen worden verhuurd (colo)? Is dat het gebouw van een grote onderneming, dat de cloud niet vertrouwd, op het eigen terrein en volledig beheerd door die onderneming?

De RVO is hierover duidelijk. Men verwijst naar de tekst van de richtlijn: er zijn drie soorten datacenters die onder deze regeling vallen, enterprise datacentrum, colocation datacentrum en co-hosting datacentrum.

Tekst en communicatie over het proces dat de eigenaren en exploitanten moeten doorlopen is tot op heden nagenoeg onzichtbaar. Zelfs de aankondiging van de harde deadline van 15 juli is niet eens via een persbericht voor de IT titels bekend gemaakt.

Te horen valt dat een van de redenen is dat RVO niet kan weten wie de doelgroepen zijn. Datacenters die zijn aangesloten bij een koepel, die zullen indirect wel benaderd zijn. Maar dat is nadrukkelijk niet de hele doelgroep. Sommige datacenters kunnen of mogen geen lid zijn van een koepel. Bedrijven die een eigen serverruimte van behoorlijke omvang hebben zien dat niet als een datacenter en zijn daarom geen lid van een koepel.

Einde oude datacenters

De registratie is een eerste stap, dat begrijpt iedereen. Per 2027 en 2030 zullen datacenters van de drie genoemde soorten die te slecht scoren niet meer voor exploitatie in aanmerking komen. Concreet: bestaande gebouwen moeten in 2027 een PUE van maximaal 1,5 kunnen aantonen, per 2023 mag de PUE maximaal 1,2 zijn.

Onvermijdelijk is dat oude datacenters uit de markt genomen gaan worden. Renovatie zal niet lonend zijn en los van die kosten: hoe kun je een gebouw volgestouwd met IT aanpassen zonder dat de operatie daardoor gevaar loopt?

Anekdote - link met restwarmte

Wat hierboven staat over de EED kan niet geheel los worden gezien van de toekomstige verplichting de restwarmte beschikbaar te stellen.

In sommige landen weren de eigenaren en gebruikers van de ruimtes zich tegen het kenbaar maken van de naam van het bedrijf en de exacte adresgegevens. Dat zou criminelen het leven makkelijk maken. Dat door het weigeren locaties bekend te maken wordt het restwarmte vraagstuk nog verder op de lange baan geschoven was iets goed zichtbaar.

Tijdens een van moeizame discussies een jaar terug hierover met vertegenwoordigers van Bitkom en marktpartijen merkte iemand op dat in het kader van EED er een EU brede database gaat komen waarin verplicht al die gegevens komen te staan. Dat had duidelijk nog niet iedereen door en de reacties waren navenant. Sindsdien worden andere argumenten gebruikt om de verplichte levering van restwarmte te frustreren.

Link naar de teksten van de Richtlijn (1) en (2)