Google optimaliseert energieverbruik met kunstmatige intelligentie

Data-Center-Mural-Project-Google

Google zet de kunstmatige intelligentie (AI) van zijn bedrijfsonderdeel DeepMind in om het energieverbruik van zijn datacenters terug te dringen. Door de AI servers en apparatuur zoals de koelinstallaties te laten aansturen heeft het bedrijf de Power Usage Effectiveness (PUE) van zijn datacenters met 15% weten te verbeteren.

In een interview met Bloomberg legt Demis Hassabis, één van de oprichters van DeepMind, uit hoe Google de technologie van het bedrijf gebruikt om de energierekening van zijn datacenters terug te dringen. DeepMind is een bedrijf dat in 2014 door Google werd overgenomen en zich volledig richt op AI. Het bedrijf heeft een neuraal netwerk ontwikkeld dat onder andere ingezet kan worden om te voorspellen hoe energieverbruik zich na verloop van tijd zal ontwikkelen.

Neuraal netwerk

Een neuraal netwerk is gebaseerd op de biologische neurale netwerken die zijn opgebouwd uit zenuwcellen die in het zenuwstelsel en hersenen met elkaar zijn verbonden door middel van synapsen. Kunstmatige neurale netwerken zoals het netwerk van DeepMind bootsen deze biologische netwerken na te bootsen. Dit netwerk kan vervolgens voor verschillende doeleinden getraind worden. Zo heeft Google een neuraal netwerk getraind voor het herkennen van objecten in afbeeldingen. Nu heeft Google dus DeepMind's netwerk geleerd te voorspellen hoe het energieverbruik in zijn datacenters zich zal ontwikkelen.

Op basis van deze voorspellingen stuurt de technologie 120 variabelen in de datacenters van Google aan. Het gaat hierbij om ventilatoren en koelinstallaties, maar ook om ramen, ventilatieroosters en andere onderdelen van het datacenter. De AI zorgt hierdoor dat apparatuur in de datacenters optimaal draait en uitsluitend gebruikt wordt indien dit echt noodzakelijk is. Hierdoor wordt het energieverbruik van het datacenters geminimaliseerd.

Power Usage Effectiveness

Dit heeft het bedrijf geen windeieren gelegd. Het bedrijf zou de PUE van zijn datacenters door de stap met 15% hebben weten te vergroten. In welke mate het energieverbruik van het bedrijf hierdoor is teruggedrongen laat Hassabis in het midden. Google meldt op zijn website in 2014 echter 4,402,836 MWh te hebben verbruikt. Door dit enorme verbruik levert zelfs een besparing van 1% al een forse besparing op de energierekening op.

Hassabis meldt dat het project nog niet is afgerond. Nu de eerste resultaten van de inzet van DeepMind beschikbaar zijn wil Google het project gaan finetunen. Zo is nu duidelijk op welke gebieden DeepMind meer informatie nodig heeft, iets wat gerealiseerd kan worden door bijvoorbeeld het plaatsen van meer sensoren in het datacenter. Op deze wijze hoopt Hassabis de energie-efficiëntie van Google’s datacenters verder te kunnen vergroten.

Dossiers
Lees ook
Denen laten zien hoe datacenters kunnen helpen elektriciteitsnetwerk stabiel te houden

Denen laten zien hoe datacenters kunnen helpen elektriciteitsnetwerk stabiel te houden

Datacenters worden steeds meer erkend voor hun potentiële rol bij het stabiliseren van elektriciteitsnetwerken. In Denemarken laat Aeven zien hoe dat voor het Deense netwerk mogelijk is gebleken.

Analist: ‘Datacenters kiezen eerder cold plate-koeling dan immersion cooling’

Analist: ‘Datacenters kiezen eerder cold plate-koeling dan immersion cooling’

De toenemende power density van datacenter-racks, veroorzaakt door technologieën zoals cloud computing en generatieve AI, heeft geleid tot de verkenning van vloeistofkoeling als oplossing voor thermisch beheer. Zelfs met afscherming hebben traditionele luchtkoelingsmethoden moeite om te voldoen aan de koelbehoeften van dicht op elkaar gepakte1

Bescheiden groei Europese datacentersector in tweede kwartaal

Bescheiden groei Europese datacentersector in tweede kwartaal

Dat meldt Kevin Restivo van CBRE op LinkedIn. “In het tweede kwartaal was er een bescheiden stijging in de opname (54 MW) en het nieuwe aanbod (33 MW) op de primaire en secundaire colocatiedatacentermarkten van Europa”, schrijft hij.