ASHRAE-energiestandaard datacenters scherpt verbruiksregels aan

De ASHRAE-ontwerpstandaard 90.4 wordt dit jaar geupdate met nieuwe toevoegingen die de inzet van groene energie verder benadrukken.

SSPC 90.4, zoals de standaardenset officieel heet, is een set additionele standaarden die naast de SSPC 90.1 standaard opereert en specifiek in gaat op het energieverbruik door datacenters. De standaard wordt iedere drie jaar herzien, en voor dit jaar zijn zes grote wijzigingen geaccepteerd. Vijf daarvan hebben direct invloed op de afname en inzet van groene energie.

Addenda

Addendum ‘a’ gaat over warmteopslag binnen datacenters en maakt het mogelijk om hiermee ‘krediet’ ter genereren door hernieuwbare energiebronnen in te zetten. Die kredieten kunnen worden ingezet ter compensatie, zolang ze maar worden ingezet naast echt duurzame energiebronnen. De tweede toevoeging, ‘b’, is een verdere verduidelijking van dit kredietsysteem.

In addendum ‘d’ wordt de definitie van UPS aangevuld met de diesel-vliegwiel UPS, een noodstroomsysteem waarin een dieselgenerator en vliegwiel worden aangevuld met een accu. Dat is inclusief een rekenmethode voor deze systemen voor Electrical Loss Component (ELC).

Dan is er addendum ‘e’, waarin wordt uitgelegd hoe aan de standaard kan worden voldaan met gedeelde systemen die zowel datacenter als de rest van het gebouw voorzien.

De meest uitgebreide toevoeging is ‘f’: deze scherpt de verbruikseisen aan de UPS aan, evenals die van de transformator, en schrapt de berekening voor segment inkomende diensten, puur omdat deze niet significant genoeg is en bovendien te veel variatie vertoont voor een realistische berekening.
Er is nog een toevoeging, ‘g’, maar die is nog niet goedgekeurd en zal later in het jaar waarschijnlijk worden gepubliceerd. Deze brengt Mechanical Load Component (MLC) meer in lijn met ELC, en moet het eenvoudiger maken om compliance te behalen bij gedeeltelijk upgrades.

In addendum ‘g’ zal ook de opneming van proceswarmte en ventilatie-energie in de MLC-berekening verplicht worden gesteld, zodat ook verwarmingselementen van stand-bygeneratoren, ventilatoren van kastdeurkoelers en hulppompen voor vloeistofkoelsystemen in aanmerking worden genomen. Ook energie om de temperatuur van een vloeistof- of luchtstroom te verhogen die nodig is om de vochtigheid te regelen of om condensatie op ramen te voorkomen, moet worden meegerekend.

Nu wordt alleen nog de warmte van UPS-verliezen in de MLC-berekening opgenomen wanneer ventilatoren of pompen op de UPS werken. Er worden hogere MLC-waarden voorgesteld om rekening te houden met deze extra energieverbruikende apparaten, samen met wijzigingen om te anticiperen op het toegenomen gebruik van vloeistofgekoelde IT-systemen. De definitie voor oppervlakte, zoals gebruikt in de bepaling van watt per vierkante voet, komt nu ook overeen met de definitie in norm 90.1.

(dit artikel verscheen eerder op Circulaire-IT)