NLconnect heeft Product Category Rules (PCR’S) gepubliceerd

NLconnect-logo-300x161

NLconnect heeft twee Product Category Rules (PCR’S) gepubliceerd, voor actieve en passieve glasvezelproducten. Beide documenten bevatten rekenregels waarmee fabrikanten op een gestandaardiseerde manier de milieubelasting van veelgebruikte producten in de glasvezel- en telecomindustrie in kaart kunnen brengen. De PCR’s vormen een essentiële bouwsteen in de verdere verduurzaming van de digitale infrastructuur.

In de internationale glasvezelbranche was geen standaard voor duurzaamheidsclassificatie van glasvezelmaterialen. NLconnect vult die lacune nu in. De PCR’s zijn de afgelopen maanden door NLconnect uitgewerkt in een werkgroep met deelname van de bedrijven Adtran, Amadys (Netceed), Attema, BAM Telecom, Circet, Compose/Legrand, Dura-Line, Eurofiber, Genexis, Maunt, Netways Europe, Odido, Prysmian Group, TKF en TriNed. NLconnect heeft zich in het project laten begeleiden door NIBE, adviesbureau op het gebied van duurzaam en circulair bouwen.

Brede groep

De PCR’s zijn van toepassing op een brede groep glasvezelproducten. Aan passieve zijde gaat het onder meer om kabels, ducts, closures, FTU’s en glasvezel-lades. De PCR voor actieve producten bestrijkt onder meer modems, routers, ONT’s en switches. De PCR’s zijn gepubliceerd op de website van NLconnect en zijn voor elke fabrikant, leverancier en telecompartij vrijelijk te gebruiken.

Milieubelasting gedurende de levenscyclus

Fabrikanten en leveranciers kunnen de rekenregels in de documenten toepassen op data uit eerdere of nieuw uit te voeren LevensCyclusAnalyses (LCA’s) van hun producten. Alle aspecten betreffende de milieubelasting gedurende de levenscyclus van een product komen hierbij aan bod: van grondstofwinning, productieprocessen, praktische levensduur, onderhoud en beheer, tot de sloop en afvalverwerking alsmede alle logistiek over de levensduur.

Reductie van scope 3 emissies door duurzaam inkopen met EPD’s

Met de PCR’s en LCA's wordt het mogelijk om per product of productgroep een gestandaardiseerde Environmental Product Declaration (EPD) op te stellen. Zo’n EPD levert fabrikanten maar ook inkopers bij operators, aannemers en overheden goed zicht op de milieu-impact van materialen en producten die worden gebruikt in glasvezelnetwerken. Telecombedrijven kunnen hiermee beter grip krijgen op hun zogenaamde scope 3 emissies: het deel van de CO2-footprint dat wordt veroorzaakt door de gehele levenscyclus van alle producten die een bedrijf inkoopt. Binnen het project van NLconnect zijn reeds EPD’s gemaakt voor ducts en kabels van Prysmian, een kabel van TKF, een duct van Amadys en Dura-Line, een glasvezelcassette van Legrand/Compose, een manhole/mof van Attema en een XGS-PON ONT van Genexis.

Aangescherpte Europese regels

NLconnect directeur Mathieu Andriessen: ‘Moderne 5G- en glasvezelnetwerken zijn gelukkig al erg energiezuinig en de digitale infrastructuur neemt slechts 0,22 procent van de totale Nederlandse CO2-footprint voor zijn rekening. Met de publicatie van de PCR’s beschikt onze industrie over een belangrijke standaard om onze emissies nog verder te verlagen. Met de PCR’s kunnen fabrikanten EPD’s laten maken en zo de ecologische voetafdruk van elk product aantonen. Daarmee wordt het mogelijk om via procurement te sturen op reductie van de emissies in scope 3. Scope 3 is de indirecte uitstoot in de toeleveringsketen en vormt bij de meeste telecombedrijven de hoofdmoot van hun emissies. Reductie in scope 3 wordt steeds belangrijker. Vanwege de intrinsieke wens van veel partijen om verder te vergroenen, maar ook omdat de Europese regels voor energie-efficiëntie, corporate sustainability reporting en Corporate sustainability due diligence steeds scherper worden. Het is onze verwachting dat het gebruik van EPD’s in onze industrie daarom een grote vlucht zal nemen in de komende jaren’.

Nationale Milieudatabase

Om de PCR’s op te stellen heeft NLconnect gebruik gemaakt van de Bepalingsmethode Milieuprestatie Bouwwerken van de Stichting Nationale Milieudatabase (NMD). Ook zijn bruikbare elementen overgenomen van buitenlandse PCR’s van (andere) kabels en elektronische producten zoals van EPD Norge, Environdec en PEP Ecopassport.

Meer over
Lees ook
Hoger onderwijs gaat voor duurzaamheid

Hoger onderwijs gaat voor duurzaamheid

Op 29 mei vindt het grootste duurzaamheidsevenement in het hoger onderwijs plaats. Op die datum organiseert SURF met een aantal partnerorganisaties de lustrumeditie van symposium Groene ICT en Duurzaamheid (SGI 2015). Het symposium wordt gecombineerd met de SustainaBul Experience van landelijk studentennetwerk Morgen. Het evenement vindt van 9.30-1

Europees EURECA project moet gebruik van energie-efficiënte datacenters bevorderen

Datacentre Alliance (DCA) heeft als onderdeel van een consortium dat bestaat uit acht partners een subsidie van 1,5 miljoen dollar gekregen van de Europese Unie voor het project EURECA. Het project is bedoeld om het gebruik van duurzame, energie-efficiënte datacenterproducten en -diensten te gebruiken binnen de publieke sector in de Europese Unie. Het project is in maart gestart en heeft een looptijd van 36 maanden. EURECA moet uiteindelijk een eenvoudig te gebruik tool om een eigen datacenter te vergelijken met best practices, Key Performance Indicators (KPI’s) en een volwassenheidsmodel. Op1

Google investeert 55 miljoen euro in windenergie

Google investeert 55 miljoen euro in windenergie

Google investeert 55 miljoen euro in de ontwikkeling van windmolens in de Amerikaanse staat Texas. De windmolens zijn bedoeld om de CO2-emissies die door traditionele energiebronnen worden geproduceerd te compenseren. Google drijft zijn datacenters en kantoorpanden niet aan met windenergie, maar maakt gebruik van lokale traditionele energiebedrij1