Base 16-technologie in datacenters: Wat zijn de voordelen?

MAkinla22

Hyperscale- en edge-datacenters installeren of upgraden verbindingen naar 400G en 800G (2x400G), voor de overstap naar een server- en spine-leaf-architectuur. Daarbij zijn er verschillende MMF- en SMF-transceiveropties om uit te kiezen en kijkt men tevens naar multimode parallelle optica voor netwerkconnectiviteit op korte afstand. 400GBASE-SR8-transceivers over 16 parallelle MMF-vezels (50 Gbps op elke MMF-vezel) vereisen gestructureerde Base 16 MMF-bekabeling, wat aanzienlijke waarde biedt voor het verbinden van MOR/EOR-switches met servers over korte afstanden.

Nieuwere technologieën en toepassingen die een snellere interconnectie, toenemende bandbreedte en netwerkcapaciteit vereisen, vragen om innovatieve oplossingen waarmee operators zich kunnen onderscheiden. Zo is er grote belangstelling voor 400GBASE-SR8-systemen die gebruik maken van multimode transceivers, voor switch-to-server-verbindingen tegen lagere kosten en energieverbruik dan SMF-alternatieven zoals 400GBASE-DR4.

Pan SR8 16F - Image 1-400.jpg

Base-16-bekabeling met compacte MPO-cassettes vereenvoudigt de aanleg van ‘greenfield -netwerken’, zoals weergegeven in figuur 1. Om optimaal te profiteren van de multimode korte reikwijdte variant, is Base 16 interconnectie met SR8 transceiver over een bestaande Base-12 gestructureerde bekabelingsinfrastructuur met conversiecassettes te gebruiken.

 

We zien momenteel single mode-verkeer bij sommige datacenters, bij de overstap van 400G naar 800G (2x 400G). Uit de reacties van een aantal klanten blijkt echter dat de multimode 16 vezel MPO modulaire cassette-oplossing zeker een plaats heeft in de markt, vooral voor MOR/EOR switch-to- server interconnecties vanwege de eerdergenoemde voordelen. Dit geldt o.a. door de vroegtijdige montage en de snelheid van plaatsing, met bijzonder flexibele cassetteconfiguraties.

Capaciteit uitbreiden

Het belangrijkste voordeel van het mogelijk maken van breakouts met een hoge dichtheid van 50G-serverpoorten met behulp van SR8, is de vergaande uitbreidbaarheid. Wanneer men vanuit een SR8-perspectief over Base-16-glasvezel beschikt, biedt deze 50G breakout, bijvoorbeeld via 400G SR8-optica, geleverd als een 32-poorts 1RU modulaire 400G-switch, en maakt vervolgens 256, 50G breakout-poorten mogelijk in termen van een hoge Radix.

Een voordeel van deze oplossing is de reductie van het aantal optische links en toebehoren (patchpanelen en connectoren), aangezien de inzet 400G naar 400G is en vervolgens gebruik wordt gemaakt van breakout-technologie om de 50G aan de bovenkant van het rack (TOR) serveruiteinde te krijgen zonder gebruik te maken van een daadwerkelijke TOR-switch. Hierdoor kunnen operators minder glasvezelinfrastructuur in het datacenter implementeren.

Pan- SR8 DCD Image 2-400.jpg

 


Een ander interessant voordeel is de verviervoudiging van de bandbreedte van de aggregatorswitch en in sommige situaties lagere installatiekosten, afhankelijk van de SKU. Tenslotte zorgt de vervanging van meerdere TOR-switches door een paar MOR/EOR-switches met meer capabele en efficiëntere switches voor een aanzienlijke verlaging van het stroomverbruik.

Pan DCD SR8 Image 3-400.jpg

De breakout van 400G naar 50G-servers lijkt vanuit een multimode-perspectief een goede keuze, waarbij gebruik wordt gemaakt van een verscheidenheid aan opties. Zoals de conversiecassettes, voor datacenterexploitanten die hun bestaande infrastructuur willen gebruiken in oudere Base-8- en Base-12-glasvezelkabelinstallaties, in combinatie met SR8 Base-16-optica.


400G DR4-transceivers zijn ook te splitsen naar 4 100G-verbindingen. Dit kan handig zijn voor de spine en leaf-verbindingen tussen schakelaars. Er kunnen breakout-cassettes worden gebruikt, zoals weergegeven in figuur 3. Afhankelijk van de implementatieduur en toepassing kan SR8 multimode echter voordelen bieden vergeleken met single mode glasvezel DR4.

SR8-technologie helpt de bouw van een serverpod te vereenvoudigen en biedt verschillende opties. Datacenters kunnen patchpanelen inzetten boven de servers die uit de 400G-transceiver komen, waarbij Base 16 MPO het glasvezelpaneel binnenkomt in duplex LC-poorten, en vervolgens een patchkabel gebruiken om verbinding te maken met de servers op 50G, zoals weergegeven in figuur 3.

Een andere optie is om met een hydra te werken vanuit de Base 16 MPO en zo 50G te leveren aan de serveromgeving. Een EOR/MOR-switch met 400G-poorten in het patchpaneel, voedt dan de servers. Deze implementaties maken vooraf afgesloten bovengrondse kabels mogelijk, zodat de distributie in vooraf gemonteerde kasten wordt vereenvoudigd. Overheadinfrastructuur is handig tijdens een implementatie om gemakkelijker toegang te krijgen tot kasten en hardware aan het einde van de levensduur.

Vereenvoudig het bouwen van serverpods

Nu de datacentermarkt migreert naar hogere datasnelheden, moet men afwegen welke oplossingen de snelheid en bandbreedte bieden die nodig zijn voor toepassingen die snellere en grotere datasets verwerken. Essentieel hierbij is de overweging hoe apparaten die deze connectiviteit mogelijk maken, kunnen samenwerken met bestaande netwerken, en hoe de introductie ervan betere mogelijkheden kan bieden. Base 16 speelt een rol in die discussie, omdat het de exploitanten van datacenters helpt hun netwerken te upgraden naar een grotere bandbreedte, terwijl de latency afneemt.

 

Michael Akinla is Business Manager Central Europe North bij Panduit

Lees ook
ODF ondersteunt hoge dichtheid glasvezelinstallaties

ODF ondersteunt hoge dichtheid glasvezelinstallaties

De groei en toenemende complexiteit van IT-systemen en cloudservices, ongeacht het bedrijf en de markt waarin u werkt, blijft de behoefte aan netwerkinfrastructuur stuwen. Oplossingen voor die infrastructuur, zoals optische distributieframes (ODF's), moeten meegroeien en evolueren met de organisatie, en tegemoetkomen aan steeds compactere en daard1

Nieuwe ITU-normen voor optisch transport tot 800 gigabit per seconde

Nieuwe ITU-normen voor optisch transport tot 800 gigabit per seconde

De nieuwe normen van de Internationale Telecommunicatie-unie (ITU) voor het Flexibele Optische Transportnetwerk (FlexO) voorzien in gegevensoverdracht met snelheden van 400 tot 800 gigabit per seconde (Gbit/s). De nieuwe normen bevatten ook functies voor regeneratie om het bereik van FlexO uit te breiden en een nieuwe klasse van Ethernet-geoptimal1

Herziene NEN 8012: meer duidelijkheid over brandveiligheid van kabels

Herziene NEN 8012: meer duidelijkheid over brandveiligheid van kabels

Op 7 juli 2023 is de vernieuwde NEN 8012 over de keuze van leidingtypes gepubliceerd. Deze revisie zorgt voor een afstemming met het aangepaste Bouwbesluit uit 2020, en presenteert een vereenvoudigde norm die de toepassing ervan gemakkelijker maakt.