Ook datacenters moeten vanaf 2026 Smart Building Ready zijn

Bram Schats Avelution.jpg

Gebouwen zoals datacenters hebben een enorme impact op het gebruik van grondstoffen, energie en afval, maar ook op de organisatie en het welbevinden van mensen. 40% van de CO2-uitstoot wereldwijd is afkomstig van onze gebouwen. 30% van deze gebouwen verspilt energie en de luchtkwaliteit is 4 tot 5 keer slechter dan buiten. Circulariteit, duurzaamheid, gezondheid en digitalisering wordt binnen gebouwen steeds belangrijker. Daarnaast eisen stakeholders steeds meer dat organisaties compliant zijn en er meer grip is op de kernrisico’s.

Kosteneffectieve manier

Slimme technologieën en het monitoren van de prestaties in gebouwen kunnen een kosteneffectieve manier zijn om het inzicht in gebouwen te verbeteren en helpen daarnaast bij het creëren van gezondere, comfortabelere en slimme gebouwen met een lager energieverbruik en een lager CO2-effect. Deze transitie lijkt relatief eenvoudig. Het probleem is echter dat het belang om een goede installatie te installeren en te beheren beperkt blijft. Het gaat vaak over de laagste prijs en het te leveren product (installatie). We leveren op en gaan door naar een volgend project. Daarnaast worden maar al te vaak systemen geïnstalleerd die als silo in het gebouw functioneren en beperkte de mogelijkheden tot interactie hebben.

Duurzaamheidsambitie

Wat je zou willen is dat het gebouw efficient functioneert, gezond is en voldoet aan de vooraf berekende duurzaamheidsambitie. Hiervoor moeten systemen in het gebouw in staat zijn om te kunnen interacteren met haar omgeving en ketenbewaking (prestatiemonitoring) mogelijk gemaakt worden. Omdat gebouwinformatie dan beschikbaar is kunnen we ook extra functionaliteiten toevoegen en nieuwe services leveren die een toegevoegde waarde hebben voor de verschillende gebruikers in de gebouwen, de zogeheten ‘smart building functionaliteiten’.

Prestatie-monitoring

Prestatie-monitoring of continuous commissioning is een proces dat de erationele en ‘open’ gegevens van een gebouw in de loop van de tijd, in realtime, bijhoudt, meet en analyseert. Hierdoor kunnen eigenaren van gebouwen hun systemen continu met een hoog rendement laten werken, waardoor het energieverbruik en de kosten worden verlaagd en de winst van het bedrijf wordt verhoogd. Het monitoringssysteem integreert gebouw gebonden installaties, systemen en databronnen in één platform en is compatibel met vrijwel alle systemen, applicaties en databronnen. Het platform analyseert automatisch processen, transactie- en masterdata middels vooraf gedefinieerde prestatie indicatoren, waardoor realtime controle mogelijk is. Dashboards op maat markeren de uitzonderingen op de standaard en maken zo snel en gedegen handelen mogelijk. Uitzonderingen worden afgehandeld door het verantwoordelijke bedrijf via aangepaste workflows, waardoor naleving deel uitmaakt van de dagelijkse gang van zaken. Energy Performance of Buildings Directive (EPBD III) Ook de overheid is zich bewust van deze uitdaging en heeft wet- en regelgeving omtrent dit onderwerp beschreven binnen de EPBD III. Aanvullend op deze bestaande regeling wordt in 2026 het GACS (Gebouw Automatiserings- en ControleSysteem) en de SRI (Smart Readiness Indicator) toegevoegd. MANAGEMENT - GACS - Binnen het GACS, moeten systemen in gebouwen in staat zijn om:

  • het energieverbruik permanent te controleren, bij te houden, te analyseren en de bijsturing ervan mogelijk te maken;
  • de energie-efficiëntie van het gebouw te toetsen, rendementsverliezen van technische bouwsystemen op te sporen, en de beheerder van de voorzieningen of technische installaties te informeren over de mogelijkheden om dit te verbeteren;
  • de communicatie met verbonden technische bouwsystemen en andere apparaten in het gebouw mogelijk te maken. Ook moeten de systemen interoperabel zijn met technische bouwsystemen van verschillende soorten eigendomstechnologieën, toestellen en fabrikanten.

De SRI is een instrument waarmee je in kaart kan brengen in hoeverre gebouwen gereed zijn voor slimme toepassingen. De SRI waardeert gebouwen op drie functies:

  • Het vermogen om de energie efficiëntie en het functioneren van het gebouw te behouden door aanpassing van het energieverbruik. Bijvoorbeeld door het gebruik van energie uit duurzame bronnen.
  • Het vermogen om de gebruiksmodus aan te passen om in te spelen op de behoefte van de gebruiker. Hierbij wordt rekening gehouden met gebruiksvriendelijkheid, gezond binnenklimaat en informatie over het energiegebruik.
  • De flexibiliteit van de totale energievraag van een gebouw: het vermogen om in te spelen op zowel de actieve, passieve, impliciete als expliciete elektriciteitsbehoefte elektriciteitsverbruik (Demand-Response) in relatie tot het netwerk.

De Smart Readiness Indicator zal eigenaren en gebruikers van gebouwen bewust maken van de waarde van gebouwautomatisering en elektronische bewaking van technische bouwsystemen en zou gebruikers vertrouwen moeten geven over de daadwerkelijke besparingen van die nieuwe verbeterde functionaliteiten.

 

Bram Schats is werkzaam bij Avelution

Lees ook
Hyperscalers en cloud datacenters richten zich steeds meer op aanpakken van Scope 3-emissies

Hyperscalers en cloud datacenters richten zich steeds meer op aanpakken van Scope 3-emissies

Hyperscalers en cloud datacenters bevinden zich momenteel in een cruciale fase, meent onderzoeksbureau GlobData. Deze techbedrijven, die een aanzienlijke hoeveelheid van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen (GHG) en energieverbruik voor hun rekening nemen, staan onder druk om duurzame praktijken aan te nemen terwijl de vraag naar digitale di1

Zijn CO2-opslagcertificaten een model voor duurzamere datacenters?

Zijn CO2-opslagcertificaten een model voor duurzamere datacenters?

De bouwsector staat aan de vooravond van een transformatie met de introductie van Construction Stored Carbon Credits door de Climate Cleanup Foundation. Deze innovatie, gericht op het verminderen van de CO2-uitstoot door het gebruik van biobased materialen zoals hout, hennep, en stro in de bouw, biedt een veelbelovende aanpak om de milieu-impact v1

NLconnect heeft Product Category Rules (PCR’S) gepubliceerd

NLconnect heeft Product Category Rules (PCR’S) gepubliceerd

NLconnect heeft twee Product Category Rules (PCR’S) gepubliceerd, voor actieve en passieve glasvezelproducten. Beide documenten bevatten rekenregels waarmee fabrikanten op een gestandaardiseerde manier de milieubelasting van veelgebruikte producten in de glasvezel- en telecomindustrie in kaart kunnen brengen. De PCR’s vormen een essentiële bouwste1