‘Bekabeling is de ruggengraat van je datacenter’

Bekabeling is vaak het ondergeschoven kindje, iets waar je je niet druk over hoeft te maken. “Maar het is wel de ruggengraat van je datacenter”, zegt Jan Harms, bij de Rijksoverheid adviseur voor het Programma Consolidatie Datacenters (PCDC). “Je hebt dan een modulair kabelsysteem nodig dat flexibel is aan te passen, de installatie-activiteiten in een datacenter reduceert en daardoor ook de kans op verstoringen minimaliseert.” In zijn whitepaper ‘Structured Cabling System rODC’ beschrijft Harms hoe een schaalbaar, modulair en toekomstbestendig bekabelingssysteem er in een datacenter van de (Rijks)overheid uit hoort te zien.

Met het Programma Consolidatie Datacenters wil de Rijksoverheid de 66 datacenters die het bij de start van het programma nog bezat, onderbrengen op vier grote locaties. In september 2013 gingen de deuren open van het tweede nieuwe ‘Overheidsdatacenter’: ODC Noord in Groningen. Onder andere het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB), de Rechtspraak, Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO), Rijksdienst Wegverkeer (RDW), Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten (BPR), de provincie Groningen, de gemeente Groningen en de ministeries van Economische Zaken en Onderwijs, Cultuur en Wetenschap brengen hier hun servers onder.

Jan Harms, bij de Rijksoverheid adviseur voor het Programma Consolidatie Datacenters (PCDC)

“Het is alsof je gaat samenwonen”, zegt adviseur Jan Harms van het Programma Consolidatie Datacenters. “Dan zorg je ervoor dat er een fundament aanwezig is als een bekabelingsinfrastructuur en een floorplan waarop iedereen zijn spullen kan aansluiten. Anders wordt het chaos. Een datacenter dien je te behandelen als een ecosysteem dat bestaat uit een zorgvuldig uitgebalanceerd geheel van alle delen.”

Bedrijfskritisch systeem

  • Netwerken worden vanwege technologische ontwikkelingen steeds omvangrijker en
  • complexer. “Meer dan ooit tevoren is de bekabelingsinfrastructuur het zenuwstelsel dat alle bedrijfskritische informatie van een onderneming transporteert”, aldus Harms. “Met een goed ontworpen bekabelingsysteem kunnen nieuwe technologieën in het datacenter worden geïntroduceerd zonder dat de bekabeling vervangen moet worden.”

De Overheidsdatacenters zoals ODC Noord zijn daarom ingedeeld in diverse zones conform de ANSI/BICSI-002 2011-standaard met daartussen een bekabelingstopologie op basis van Class F4 en daarmee redundant uitgevoerd net als de elektra- en koelinstallaties van een datacenter.

 

Figuur 76 uit ANSI/BICSI-002/2011

Conform ANSI/BICSI-002/2011 Availability Classes is redundantie als volgt ingedeeld:

  • F2: redundante WAN-koppeling,
  • F3: volledig redundante Entrance Facilities en redundante koppeling aan de MDA,
  • F4: volledig redundant tot aan de apparatuur in de EDA (Equipment Cabinet).

HaaS

Om te voorkomen dat het ‘chaos’ wordt, heeft de Rijksoverheid ervoor gekozen om behalve de ruimte in het datacenter ook het ‘floormanagement’ aan te bieden. “Floormanagement bouwt de apparatuur in en uit voor de klant, ontwerpt de bekabelingstopologie, de floorspace en monitort de capacity”, legt Harms uit. De Registered Communications Distribution Designer (RCDD) omschrijft deze benadering als ‘Housing-as-a-Service’ (HaaS). “Wij bieden het gebouw aan inclusief de connectiviteit die als het ware ‘uit het stopcontact’ komt. In dat concept vormt de bekabeling het fundament, de snelweg met de op- en afritten waarop de verschillende omgevingen kunnen worden aangesloten. De bekabeling wordt daarmee onderdeel van de datacenterhuisvesting. Dat heeft als bijkomend voordeel dat je tegen een externe partij, zoals een access-provider, kunt zeggen: ‘Lever je access-koppelvlak in de Entrance Facility Room, maar niet binnen in het datacenter waar de gevoelige applicaties draaien’.”

Volgens Harms vraagt deze benadering wel om een ‘producten- en dienstenbenadering’ en een cross-connect ontwerp waarbij zowel de access-provider als de infrastructuurafdelingen (alles waar een stekker aan zit) als klant worden gezien van de HaaS.

Om ervoor te zorgen dat de bekabeling aan de juiste kwaliteit voldoet, heeft Harms een whitepaper over dit onderwerp geschreven. Hierin wordt het belang van structured cabling-systemen beschreven met de MPO-connector en verwisselbare cassettes die de mogelijkheid bieden het actuele koppelvlak aan te bieden én de mogelijkheid om diverse lifecycles van apparatuur te faciliteren. “Daarmee hebben we de modulariteit in het datacenter ingebouwd om de legacy-systemen te kunnen verhuizen", concludeert Harms. “Uiteindelijk gaan we complete, bekabelde corridors (13 EDA racks en 2 HDA-racks) kant-en-klaar bestellen en in één keer aansluiten door twee stekkertjes in de buitenste HDA-racks te steken.”

Toekomstvaste bekabeling

De housing, waarbij de connectiviteit als een dienst wordt aangeboden, is volgens Harms echter nog maar een eerste fase in de consolidatieplannen van de Rijksoverheid. “Binnen de gedeelde huisvesting hebben alle departementen nu nog hun eigen ICT-omgevingen en apparatuur. Uiteindelijk is het de bedoeling dat we ook binnen de ODC’s gaan consolideren door bijvoorbeeld die omgevingen samen te voegen, apparatuur te delen om vervolgens de servers, storage en applicaties ‘as-a-service’ aan te bieden."

“Maar dan moet het ontwerp van het gebouw - en dus ook de bekabeling - wel dusdanig schaalbaar en modulair zijn dat je de apparatuur kunt blijven huisvesten”, vervolgt Harms. Om een bekabelingstopologie te bepalen die toekomstvast is, moet volgens de adviseur worden gekeken naar de manier waarop serveromgevingen en de netwerken voor data en storage zijn ontworpen. “Dan is het de kunst om de huidige en toekomstige ontwikkelingen goed in kaart te brengen. Dan zie je bijvoorbeeld dat de netwerken van 10 naar 40 en 100 Gigabit Ethernet gaan, en van 8 naar 16 en 32 Gigabit Fibre Channel. Voor een toekomstvast bekabelingssysteem is het van belang dat juist deze datahoeveelheden met de juiste performance over de glasvezels kunnen.”

Structured cabling

Om er zeker van te zijn dat de bekabeling toekomstvast is, heeft de Rijksoverheid bepaald dat de langste channel die wordt gepatcht (tot wel 10 overgangen) een gegarandeerde demping van maximaal 1,9 dB mag hebben. Deze eis - en het verlangen naar een modulair systeem waarop systemen eenvoudig kunnen worden aangesloten - leidde voor het rODC-noord tot de keuze voor het 'MPOptimate System', een structured cabling-systeem van TE Connectivity. “Stuctured cabling is echt randvoorwaardelijk om de toekomst te kunnen draaien”, aldus Harms. “De nieuwste apparaten worden bovendien al uitgerust met een MPO-connector interface.”

  • Mark Caris, bij TE Connectivity Project Manager voor AMP Netconnect
  • "Structured cabling is randvoorwaardelijk en helpt je om sneller en goedkoper naar 40 en 100 Gigabit te gaan", zo stelt ook Mark Caris, bij TE Connectivity Project Manager voor AMP Netconnect. “TE is al in 2008 met een modulair systeem op de markt gekomen dat veel lagere dempingen garandeert op wat eigenlijk Lego-blokken zijn. En dan hebben we het ook echt over ‘maximale, gegarandeerde waardes’, en niet ‘typische waardes’ die gelijk zijn aan de maximale waardes die TE garandeert. Het systeem is gegarandeerd geschikt tot en met 100 Gigabit Ethernet en 16 Gigabit Fibre Channel, en technisch kan er zelfs nog veel meer.”

Stof vangen

“De overheid heeft nu een geheel andere gedachtegang neergelegd als het gaat om de bekabeling”, concludeert Caris. “De fundering waar alle apparatuur op kan landen, wordt nu meegeleverd met de dienstverlening Housing-as-a-Service en is bovendien voorbereid op de toekomst, waarin op ICT-gebied nog heel veel gaat veranderen.” Veranderingen zijn door te voeren zonder het bekabelingssysteem volledig op de schop te nemen. “De trunk-kabels liggen de komende jaren gewoon stof te vangen”, zegt Caris met een knipoog. “Je laat de basis permanent liggen en de connectiviteit en mogelijkheden pas je aan met bijvoorbeeld cassettes.”

“Vergelijk het met de auto-industrie waar bodemplaten worden hergebruikt voor de verschillende modellen; een nieuwe carrosserie landt daar gewoon bovenop”, vult Harms aan. “Zo is dat ook binnen de nieuwe Overheidsdatacenters. Het maakt niet uit waar klanten mee komen - een complete stack of een stukje daarvan - het kan altijd landen. Daardoor is een onderlinge samenwerking ook heel makkelijk te garanderen.”

Ferry Waterkamp is freelance journalist

 
Dossiers
Meer over
Lees ook
Ontdek ook het ultieme glasvezel kabelgoot systeem – YellowDuct

Ontdek ook het ultieme glasvezel kabelgoot systeem – YellowDuct

Vandaag de dag is de vraag naar betrouwbare en schaalbare glasvezelinfrastructuur van cruciaal belang. Om aan deze behoefte te voldoen, bieden wij YellowDuct®, het ultieme systeem dat speciaal is ontworpen om te voorzien in al jouw glasvezelkabelbeheerbehoeften.

Niemand ontwerpt bewust kabelspaghetti, toch blijft cable management in veel datacenters lastig

Niemand ontwerpt bewust kabelspaghetti, toch blijft cable management in veel datacenters lastig

Kabelbeheer was en is een uitdaging in veel datacenters. In dit artikel behandelt David Cuthbertson, een bekende cable management-specialist die al meermalen heeft bijgedragen aan bekabelingsstandaarden zoals de nieuwe TIA TR-60, het documenteren van bestaande koper- en glasvezelconnectiviteit, evenals enkele van de uitdagingen die men onderweg ka1

Netwerkarchitectuur heeft grote invloed op duurzaamheid

Netwerkarchitectuur heeft grote invloed op duurzaamheid

Hebben de keuzes die we in het datacenter maken ten aanzien van connectiviteit invloed op het energiegebruik van een netwerkinfrastructuur? Jazeker, zegt Simone Vieira, Director Systems Engineering Europe Building & Data Center Connectivity bij CommScope. We spraken haar onlangs tijdens een gebruikersbijeenkomst van het concern.