Blog Connectivity: Willy Rietveld over gestructureerde bekabeling in combinatie met bandbreedte

24-Fiber-MPOptimate_webkopie

Het migreren van datacenters gaat sneller dan ooit tevoren. De volgende drie generaties systemen zijn weer achterhaald voor je het weet.

Wat betekent dit voor de bekabelingstructuur in een datacenter? In mijn vorige column heb ik het gehad over benodigde bandbreedte in ons dagelijks leven. Bedenk dat apparaten meer contact met elkaar gaan maken met IoT (Internet of Things) en dat smartphones evolueren naar één ExaFlop. Waarbij ze dus de computersnelheid van een gemiddeld menselijk brein hebben bereikt. Ik wil maar zeggen….

De migratie van 100MbE naar 1GbE is in 2000 al begonnen; in 2003 is het gebruik van 100MbE al min of meer beëindigd. Het gebruik van 1GbE heeft een piek gehad in 2008 en loopt nu terug. In 2009 is begonnen met 10GbE gebruik en de piek hiervan wordt verwacht in 2016. Interessant detail is dat het gebruik van 40GbE vorig jaar al is begonnen. Zo zie je dat het 9 jaar duurde om van 1 naar 10GbE te gaan en de overgang van 10 naar 40GbE ‘slechts’ 4 jaar heeft geduurd. Mijn conclusie: we moeten NU beginnen met nadenken over en werken aan 400GbE!

Gebaseerd op de snelheid waarmee de bandbreedte toeneemt, is het verstandig om nu na te denken over hoe de gestructureerde bekabeling in een datacenter voor de toekomst gereed te maken. Er wordt veel tijd gespendeerd aan het installeren van die gestructureerde bekabeling tijdens de opbouw of upgrade van een datacenter. Vooral de lange kabels in de ducts bovenop of onderin de racks zijn tijdrovende installaties. Vandaar dat het slim is deze kabels zo goed mogelijk af te stemmen op de toekomst.

Bij het overgaan van 1 naar 10GbE en vervolgens 40 en 100GbE is de voornaamste verandering het stijgend aantal fibers. Inderdaad stijgt ook de bandbreedte per fiber van 1 Gbs naar 10Gbs en mogelijk naar 25 tot 100 GbE en hoger. Maar vooral van 10 naar 40 GbE vermenigvuldigt eenvoudigweg het aantal fibers met vier. Daarom is het slim om 24 fiber kabels en connectoren te gebruiken voor de lange kabels.

Wanneer je gestructureerde bekabeling gebruikt in plaats van direct verbonden bekabeling, bestaat de passieve fiber bekabeling vooral uit 3 opbouwblokken. Een daarvan is de lange bekabeling in de ducts, ofwel ‘trunk’. Ook hebben we de patchkabels gekoppeld aan de actieve apparaten (transceivers). De connectie daartussen wordt gemaakt door ‘cassettes’. Door deze configuratie te gebruiken, is het mogelijk om de passieve bekabeling in een datacenter gereed te maken voor de volgende drie generaties systemen en bandbreedte; mogelijk zelfs meer generaties, afhankelijk van de nieuwe standaarden.

Hoe dit werkt? Door eenvoudigweg 24 fiber kabels en interconnects (MPOptimate) te gebruiken voor de lange ‘trunks’ in combinatie met de juiste ‘cassettes’ en patchkabels. Door te upgraden naar de volgende bandbreedte of materialen kunnen de 24 fiber trunks blijven waar ze zijn. Ondertussen kunnen de cassettes en patch eenvoudig worden vervangen door nieuwe versies. Bijvoorbeeld bij het upgraden van 1 fiber LC interconnect naar de multifiber MPOptimate interconnect. Dit is eenvoudig te doen op rack level; het is dan niet nodig om de ducts in te gaan. Hiermee neemt de installatietijd op de lange duur af. Wanneer je meer wilt weten over deze building blocks, type dan MPOptimate in je browser zodat je meer kunt ontdekken.

Bovenstaande is alleen mogelijk met een lage attenuatie type interconnect. Meer hierover in mijn volgende column. Hopelijk ‘zien’ we elkaar dan weer!

  • Willy Rietveld
  • W.Rietveld@TE.com
Dossiers